Zolang men waarnemingen niet als metaforen opvat, vormen de vele geschriften alleen maar een opeenhoping van woorden.
As long as one does not see observations as metaphors, the scriptures are just a pile of words.
(Tibetaanse Mystieke Poëzie, Kunchab 2000)
English (klik hier voor Nederlands)
As discussed in my previous blog , there have always been charlatans woe show off their scriptural knowledge. Why do they have such a great influence on us? Ulrich Libbrecht explains that in this way,
The great, far too great, respect for the written word stems from the time where text were still rare. It is striking that a propositional revelation is always in connection with the recording of spiritual traditions. I do not know why intelligent people in this present day still defend the holy books while everyone can see how much things are in it that do not convey any religious message. Such defence of the word doesn’t make a good impression in these times of growing intellectual development and forces the faithful to a kind on in authenticity of the same nature by which one turns kings into heroes, while everyone knows that that is not true. One should think more like the sixth Zen patriarch, Hui-neng, who tore up the scriptures on the Buddha. (Inleiding comparatieve filosofie, Ulrich Libbrecht, Van Gorcum, 1995)
Who/what does one need to follow. Millarepa gives us this advice;
Books written in black ink are all misleading;
I only meditate on the Pith-instructions of the
Whispered Lineage.
(The hundred thousand songs of Milarepa, Shambhala,1999)
What about language when we have reached enlightenment? Do we then still think in opposites like happy/unhappy, good/bad? A Tibetan poet reveals a part of the secret;
The wise man, free of points of view or opinions,
considers even impermanent and permanent as strange concepts
for if the sun of an infertile woman does not exist
how can he be born and die?
(Tibetaanse Mystieke Poëzie, Kunchab 2000)
Is an enlightened one able to talk about his/her experience? Here too a Tibetan poet reveals;
For he who is extinguished, there is no measure any more.
There are no words to describe him.
For when all phenomena have been lifted,
all manners of talking have been lifted as well.’
(Khudakka-Nikaya, Asoka 2002)
Just some thoughts.
Zoals al besproken in mijn vorige blog zijn er altijd al charlatans geweest die paraderen met hun boekenwijsheid. Hoe komt het dat die zo’n grote impact op ons hebben? Ulrich Librrecht verklaart dit op de volgende manier;
De grote, al te grote eerbied voor het geschreven woord dateert uit de tijden waarin de teksten nog zeldzaam waren. Het is een opvallend feit dat propositionele revelatie altijd in verband staat met het optekenen van religieuze tradities. Ik weet niet waarom intelligente mensen nu nog steeds de letter van de heilige schriften verdedigen terwijl toch iedereen kan zien hoeveel zaken daarin staan die geen enkele religieuze boodschap bevatten. Zulke verdediging van de letter maakt in een tijd van groeiende intellectuele ontwikkeling geen goede beurt, en dwingt vele gelovigen tot een soort inauthenticiteit, van dezelfde aard als die waarmee men van alle koningen helden maakt, terwijl iedereen in zijn hart weet dat daar niets van waar is. Men zou toch eens meer moeten nadenken over de zesde patriarch van Zen, Hui-neng, die de soetra’s de heilige schrift van het Boeddhisme, verscheurde[…](Inleiding comparatieve filosofie, Ulrich Libbrecht, Van Gorcum, 1995)
Wat moet men dan wel volgen? Milarepa heeft dit advies;
Boeken, geschreven in zwarte inkt, zijn misleidend;
Ik mediteer alleen op de belangrijke instructies van de
gefluisterde lijn.
(The hundred thousand songs of Milarepa, Shambhala,1999)
Hoe zit het met taal als we de verlichting bereikt hebben? Denken we dan nog in tegengesteldheden zoals gelukkig/ongelukkig , goed/slecht? Een Tibetaans dichter licht een tipje van de sluier;
De wijze, vrij van standpunten of meningen,
beschouwt zelfs vergankelijk en onvergankelijk als vreemde begrippen;
want als de zoon van een onvruchtbare vrouw niet bestaat,
hoe kan hij dan geboren worden en sterven?
(Tibetaanse Mystieke Poëzie, Kunchab 2000)
Kan iemand die verlicht is zijn ervaring via praten overbrengen? Ook hier licht een Tibetaans dichter een tipje van de sluier;
‘Voor wie uitgedoofd is, is er geen maat meer.
Er zijn geen woorden meer om hem te beschrijven.
Wanneer alle fenomenen opgeheven zijn,
zijn ook alle manieren van spreken opgeheven.’
(Khudakka-Nikaya, Asoka 2002)
Gewoon enkele gedachten.